Tekst: Roy Schriemer

Wagner kan zich nog heugen dat in maart de jubelstemming over de sterke eerste prestaties omsloegen in bezorgdheid over het oprukkende coronavirus. “We hadden de ploeg van de Ster van Zwolle maar op een paar plekken gewijzigd richting de Trofeo Umag en Trofeo Porec, een ander deel van de ploeg zou invliegen voor de Istrian Spring Trophy. Toen kregen we vanuit de ploegleiding te horen dat we die wedstrijd niet zouden rijden. Spontaan bedachten we in plaats daarvan een trainingskamp in Spanje. Maar ook dat plan hield geen stand. Mooie wedstrijden zijn nooit verreden, zoals Parijs-Roubaix voor beloften, waar we echt naar uit keken. Ondertussen ligt er weer een kalender, maar we moeten nu samen met het WorldTOur-team gaan kijken welke wedstrijden wie kan rijden en waar we personeel voor beschikbaar hebben. In een relatief korte periode wil iedereen natuurlijk weer rijden. Het wordt puzzelen, maar ik hoop dat we voor iedereen nog een mooi programma kunnen maken. En dat deze kalender wel stand houdt. Gelukkig is het sinds dit jaar mogelijk om een combiploeg te vormen van WorldTour Team en opleidingsploeg, dat geeft wat meer kansen. Maar juist veel van de wedstrijden die wij rijden, zijn al doorgeschoven naar volgend jaar.”

1 september

De Duitser is goed op de hoogte van de maatregelen in Nederland. “De RIVM en jullie minister-president Rutte hebben gezegd dat er voor 1 september geen wedstrijden mogelijk zijn. Deze week gaan we overleggen binnen de ploeg over het programma, maar ik ga er nu even van uit dat we voor die datum niet in actie zullen komen. Dat is nog een positief scenario in vergelijking met het verhaal dat er pas weer gekoerst kan worden als er een nieuw vaccin is. Dat zou in september kunnen zijn, maar ook ver daarna. Laten we er het beste van hopen. Het zal ook heel belangrijk zijn dat zoveel mogelijk wedstrijden en ploegen deze crisis doorstaan en in 2021 de draad weer kunnen oppakken. Bij ons team ziet de toekomst er goed uit, maar we hebben ook tegenstanders nodig om tegen te koersen.”

Doelen stellen

Binnen zijn team wordt er hard gewerkt om iedereen gemotiveerd te houden. Olav Kooij die zijn mooie seizoen geen vervolg kon geven, maar ook de renners die nog helemaal geen competitie kregen. “Olav kan nu al tevreden zijn over zijn overstap van de junioren naar de beloften, waarin een tweede plek in Zwolle zijn ‘slechtste’ klassering was, al had hij graag die lijn nog even doorgetrokken. Voor alle renners geldt dat ze zich iets anders van dit seizoen hadden voorgesteld. We proberen – op verzoek van de renners – doelen te stellen waardoor ze zich kunnen ontwikkelen. Denk dan aan het verbeteren van de 5- of 20minutenwaarden.  Maar we bellen, mailen of appen ook minimaal één keer per week, ik én de trainers. Het kan niet zijn dat we straks in september pas weer eens kijken hoe de vlag erbij hangt. Ik denk dat het een voordeel voor onze ploeg is dat we met jonge renners werken. Ze hebben vaak afleiding van school, hun leven draait niet alleen om het fietsen. Ook hebben zij nog een toekomst voor zich. Niemand wil graag stil staan in zijn ontwikkeling, maar ze hebben nog tijd. Iedereen is momenteel gezond, we hebben geen blessures of breuken, dus als het weer kan, zijn we fit en gereed.”

Foto: © CyclingOnline.nl