Ze draait er niet omheen: het herstel na haar operatie aan haar liesslagader valt haar niet mee. “Ik wist dat ik zes weken volledig moest herstellen van de ingreep en die tijd heb ik ook genomen. Maar de afgelopen weken heb ik mijn training met de baanselectie weer opgepakt en merk ik dat het eigenlijk helemaal niet draait. Mijn achterstand is groter dan ik had gedacht en ook mentaal is dat lastig. Ik heb dan ook wel even getwijfeld of ik starten zou op het NK Baanwielrennen, maar heb toch besloten van start te gaan. Maar ik zie het nu meer als trainingsuren, denk geen enkele aanspraak te kunnen maken op de nationale titels.”

WK Paracycling 

Ze verwacht dat het WK Paracycling in Apeldoorn van 26 tot en met 29 maart meer gelegen komt in haar herstelproces na de operatie. “Ook daar heb ik twee titels te verdedigen -eveneens op de 500 meter en de drie kilometer - en wil ik me graag laten zien. Het is me duidelijk dat het herstel na mijn operatie wat meer tijd vergt en die tijd is er richting het WK wel. We trainen vier keer in de week in Omnisport Apeldoorn en het lijkt me bijzonder om straks op diezelfde baan aan te treden op het wereldkampioenschap. En hopelijk weer te winnen. Maar het is ook een mooi moment om reclame te maken voor deze sport en ook meer aandacht te krijgen voor mensen met een beperking die sporten, want die doen er minimaal net zo veel aan als reguliere sporters.”

Sportgala NOC*NSF 

Voor Norbruis, die vanaf de geboorte linkszijdig spastisch en deels verlamd is, is het wielrennen echt haar favoriete tak van sport geworden, nadat ze zich tot en met 2010 focuste op het alpineskiën. “Ik voel me als een vis in het water op de fiets. Dit is waar ik op mijn plek ben. “ Ze werd onlangs genomineerd in het kader van het NOC*NSF-sportgala als sporter van het jaar met een beperking. “Die nominatie vond ik een eer op zich. Dat de prijs uiteindelijk naar wintersportster Bibi Mentel ging, was volkomen terecht gezien haar inspanningen voor haar sport en het feit dat ze paralympisch goud haalde. Ik had me geschaamd als ik die prijs in haar plaats gekregen had. Nee, ik moet van mezelf de komende jaren nog maar eens meer laten zien, wil ik over zo’n prijs gaan nadenken.”