Dat geldt zowel voor de weg- als de baanploeg, want er zijn veel personele veranderingen. Om met de piste te beginnen. In de duurploeg valt dat mee.  Yoeri Havik, Jan Willem van Schip en Laurine van Riessen (‘ik ga door tot Parijs, in ieder geval het WK 2022 daar’) blijven aan boord en krijgen versterking van Vincent Hoppezak. De winnaar van WK-brons en EK-zilver kijkt echter ook nadrukkelijk naar de weg, zijn programma daar begint begin april in de Volta Limburg Classic. Daarna rijdt hij ook de Scheldeprijs. Van Schip weet nog niet wanneer hij rugnummers opspeldt voor een wegkoers, Yoeri Havik gaat de combinatie wel aan, maar dan vooral in functie van de piste. ‘’Maar de Ronde van Overijssel op 7 mei ligt precies tussen twee wereldbekers in. Dus ik zal in vorm zijn en wedstrijden als deze liggen me, dus wie weet kan ik voor de winst meedoen’’ sprak hij ambitieus vanaf Mallorca. Toch zijn de belangrijke afspraken voor hem de wereldbekers in Glasgow en Milton en het EK en WK. ‘’Een carrière doel is om nog een keer wereldkampioen te worden.’’

BESTEL KONINGEN VAN DE WIELERKLASSIEKERS

ZOEKEN NAAR TEAMSPRINTER

De sprinters Sam Ligtlee en Tijmen van Loon bleven onbenoemd bij de presentatie in Ede. Toch is er nog geen kruis over de teamsprintambities gemaakt, zo bezweert medeoprichter Geert Broekhuizen van BEAT. ‘’We zijn hard op zoek naar een derde teamsprinter. Dat kan iemand uit de Nederlandse talentengroep zijn of een buitenlandse renner. We zoeken een jonge coureur om echt te bouwen richting de volgende edities van de Olympische Spelen. Zoals we ooit deden met Roy van den Berg, Matthijs Buchli en Theo Bos. De laatste heeft nog wel kort met ons gesproken over een renner uit zijn Chinese selectie, maar daar kiezen we niet voor. We hopen binnenkort met de derde naam te komen. Maar we willen wel kwaliteit bieden en er in de grote wedstrijden niet na een ronde alweer uitliggen.’’

FRISSE WIND DOOR WEGPLOEG

Een ander niet genoemd aspect in Ede was de profambitie. De droom om pro continentaal te worden. Broekhuizen: ‘’Die ambitie is er nog altijd. Maar we willen niet elke keer een ‘nu-of-nooitscenario’ uitroepen. BEAT blijft bestaan en BEAT wil graag een stap omhoog. Maar laten we ons daarover weer melden als er echt concreet nieuws te noemen is.’’ De wegploeg leverde ten opzichte van 2021 serieus in. Luuc Bugter stopte (maar verslaat zijn jonkies nog wel in een trainingskoers), Piotr Havik ook en Martijn Budding zocht zijn Deense vrienden van Riwal weer op. Jan Willem van Schip wilde nog geen enkel inkijkje geven in zijn wegprogramma Bugter toonde zich zowel realistisch als ambitieus in zijn nieuwe rol van ploegleider. ‘’Er is een frisse wind door de ploeg gegaan maar in de mix van .2-koersen en de grote wedstrijden willen we ons wel degelijk laten zien. Een renner als Jordy Bouts bijvoorbeeld heeft wel degelijk ambities voor een stap omhoog en zo zijn er meer.’’ Verder lijken Stijn Daemen en Jochem Kerckhaert klaar om een leidende rol te nemen of in ieder geval uitslagen te rijden en de baanrenners Vincent Hoppezak en Yoeri Havik hebben ook ambities. Dat geldt ook voor Matthijs Buchli, maar de olympisch kampioen teamsprint verwacht voorlopig nog enkele maanden nodig te hebben om de aansluiting met de top in de continentale klasse te maken. (Roy Schriemer)

Foto's: Sportfoto