Volg ons

Facebook  Instagram  YouTube

Roy Schriemer: 'Rood-wit-blauw maakt gelukkig'

Maandag 07 juli 2014

Blog - De afgelopen vier weken was ik bij vijf edities van de Nederlandse kampioenschappen te gast. Terug kijkend kun je concluderen dat rood-wit-blauw  écht gelukkig kan maken. En dat NK’s altijd iets extra’s los maken bij bepaalde renners. Dat begon bij de nationale titelstrijd bij de masters 60+, waar vier man naar de streep reden en maar drie mannen sprintten voor de winst. De mannen die al decennia samen fietsen hadden dat zo besloten onderling, de vierde man kon niet over nemen, maar zou ook niet sprinten en dan vierde worden in de uitslag. En zo geschiedde, want volgende week komen de mannen en hun families en supporters elkaar weer tegen.

Een week later werden in Ureterp vijf titels vergeven. Het beeld dat me het meest bij bleef is dat na afloop van de nieuwelingenwedstrijd de plaats- en clubgenoten Dennis van der Horst en Patrick Coster elkaar net na de streep aan keken met een mengeling van blijdschap en verwarring. Eén van de twee was kampioen geworden, maar wie?  Het werd uiteindelijk Coster, maar het scheelde niets. Een dag later waren er de emoties van Yondi Schmidt, die in navolging van Tim Veldt zijn sprintambities verruilde voor een olympische droom op de ploegachtervolging. De titel bij de elite-zonder-contract was een steuntje in de rug voor de renner die zijn eigen wielerloopbaan moet bekostigen na het verlies van zijn A-status van NOC*NSF.

Een paar dagen later vulde een woonwijk in Zaltbommel zich met teambussen, campers en gewone auto’s  met een fietsenrek achterop voor het NK tijdrijden. Bij Tom Dumoulin was er na afloop ongeloof uit zijn ogen af te lezen. Niet omdat hij gewonnen had bij de profs, maar omdat hij onderweg gevallen was, zijn fiets oppakte, weer opstapte en nog steeds ruimschoots kampioen werd. Ook het wegblijven van oud-kampioen Lieuwe Westra  ontnam niets aan de glans van die prestatie. Iets eerder was Annemiek van Vleuten een dolgelukkig vrouw in Zaltbommel. De renster van Rabo-Liv had wereldkampioene Ellen van Dijk met minder dan een tel verslagen. En kon zo het hoofdstuk van een mislukte liesslagaderoperatie en altijd fietsen met een rem erop definitief sluiten.

Het meest bizarre moment van al die weken NK’s bezoeken vond op de zaterdag van het NK  op de weg in Ootmarsum plaats. Eerst was er de ontknoping van de titelstrijd bij de beloften, waar Rabobank de koers in handen had, maar de strijd om de titel op moest geven in de laatste honderden meters na een val van kopman Mike Teunissen. Maar nog bevreemdender was het om te zien hoe Iris Slappendel in Ootmarsum in de vrouwenwedstrijd meter voor meter naar haar ontsnapte ploeggenote Lucinda Brand toe reed en haar net voor de streep nog de titel ontfutselde. Jurylid Martin Bruin heeft op de finishfoto het ongeloof in zijn ogen staan, Slappendel vertelde na afloop dat ze wel even twijfelde en het waarschijnlijk niet gedaan had als Brand niet al de titel had gewonnen het jaar voordien. Ik vermoed dat Slappendel aan het einde van haar loopbaan heel blij zal zijn met deze moedige beslissing om gewoon de titel te nemen. Een dag later werd Sebastian Langeveld terecht en eindelijk kampioen bij de profs.

Zondag reisde ik af naar Haaksbergen, waar het NK BMX werd verreden. Zoveel nieuwe kampioenen kreeg de wielerwereld er nog niet bij op één dag, maar de schijnwerpers waren uiteraard vooral gericht op de mannen en de vrouwen. Bij de mannen vochten de latere kampioen Jelle van Gorkom en runner-up Twan van Gendt een strijd uit, waar ze weliswaar even vergaten dat ze normaal gesproken maatjes in de selectie van Bas de Bever zijn, maar gelukkig niet over de schreef gingen. Een balende Martijn Jaspers was door pure pech al uitgeschakeld voor de prijzen. Bij de vrouwen brak Merle van Benthem plots in het interview achteraf. De Hengelose voormalig wereldkampioene bij de junior-vrouwen kende bij de elite-vrouwen alleen maar tegenslag, zag Laura Smulders haar regelmatig overvleugelen, maar op haar eigen thuisbaan pakte ze brutaal het rood-wit-blauw. En dat maakte héél veel goed zo vertelden de vreugdetranen in Haaksbergen.

Vijf kampioenschappen met vreugde, verdriet, valpartijen en victorie. Het blijft een prachtig fenomeen om wielrenners te zien strijden voor de Nederlandse titel, het rood-wit-blauw en die gouden medaille op die ene dag dat alles kloppen moet. Als dat lukt, kan dat eens mens zo gelukkig maken, dat was te zien in al die stralende ogen van de kampioenen. En anderen dropen zwaar ontgoocheld af. Maar gelukkig zijn er volgend jaar gewoon weer nieuwe kampioenschappen.  

Roy Schriemer

Foto: © Sportfoto 



Eerder...

Blog Nieuwsberichten

Powered by Manieu.nl