Tekst: Dan Rolandus

‘’Ik heb echt een heel goede winter gedraaid, eigenlijk beter dan ooit’’, keek Nina Kessler hoopvol uit naar het seizoen 2025. ‘’Ik heb de hele winter in Spanje gezeten, even weg van huis. Dus ik had heel veel zin in het seizoen en toen kreeg ik een blessure. Het was heel lang zoeken wat voor blessure het was. Ik had last van mijn onderrug en mijn been en dacht al snel aan een liesslagader. Dat was het niet. Het bleek gewoon een beknelling te zijn qua houding en dat soort dingen. Het heeft heel lang geduurd voordat we erachter kwamen. Ik moest alleen maar rust houden. Dat was best pittig. Als je dan thuis zit merk je dat de wereld om je heen gewoon doordraait. Ik vond het op een gegeven moment best lastig om op tv naar de koersen te kijken, van goh daar had ik ook kunnen rijden. Ik was zo goed in het voorjaar. Ik ben een bezig bijtje, die wilde koersen. Ik heb maanden doorgetraind, maar dat was wel een periode zonder doel. Als ik nu zie waar ik sta zonder dat ik heb gekoerst dan was het criterium in Dirksland zeker niet slecht. Daar was ik echt wel blij mee. Ik heb weer heel veel zin in de volgende koers.’’

Competitie

Nina Kessler is een echte liefhebster van de koers, en is van alle markten thuis. Naast het wegwielrennen is de inwoonster van Velserbroek succesvol op de baan, tijdens de strandraces en de gravelwedstrijden. ‘’Ik wil gewoon het hele jaar competitie rijden, dat is eigenlijk nog leuker dan trainen.’’ Kessler zegt nog veel ambities in het wegwielrennen te hebben. ‘’Ik merk dat ik wat langer meega’’, lacht de Noord-Hollandse. ‘’Ik denk nog wel eens terug aan het leren van koersen zonder wattages, kaarten en dat soort dingen. Ik kijk tijdens de wedstrijd altijd om me heen en weet op gevoel wat er in de koers gebeurt. Finale rijden is ook een uitdaging, je moet gewoon opletten en een spelletje spelen. Daar ben ik gewoon goed in. Ik kan en vind het leuk om mijn ervaring over te brengen aan mijn ploeggenoten. Ik ben een bezig bijtje, ook in het peloton. Dat maakt me een soort van wegkapitein.’’

Toekomst

Nina Kessler (37) denkt nog niet aan stoppen. ‘’Ik heb altijd gezegd, zolang ik het leuk vind te blijven wielrennen. Ik denk dat leuk vinden in de sport betekent dat je kunt meedoen in de koers en nog wat stappen kan maken. Sommige mensen zeggen weleens dat het jammer is dat ik te vroeg ben geboren. Ik weet dat niet, want ik ben wel meegegroeid in het huidige vrouwenwielrennen. Ik ging vroeger gewoon naar school, had naast het wielrennen een bijbaan en ik moest zelf dingen kopen en regelen. Ik werkte nog altijd bij een accountantskantoor. Ik ben pas tijdens de corona gestopt met werken. Dan merk je dat je veel rust hebt, je vaker op trainingskamp kan gaan. Ik was vroeger echt blij als ik een week naar Spanje kon in het voorjaar. Nu heb ik de hele winter in Spanje gezeten. Ik ben vorig jaar voor het eerst van mijn leven op hoogte gegaan naar de Sierra Nevada. Daar heb ik gemerkt weer stappen te hebben gemaakt. Ik heb nog steeds niet het idee dat ik het hoogst haalbare uit mijn carrière heb gehaald, dat ik het plafond nog niet heb bereikt. Ik vind fietsen nog steeds heel leuk, dus wil ik eerst het hoogst haalbare bereiken voordat ik echt klaar ben met wielrennen.’’

Nina Kessler weet, nu haar contract bij EF Education afloopt, nog niet wat de toekomst zal brengen. ‘’Ik moet kijken wat ik wil en waar ik me op mijn plek voel. Het leukste vind ik een lead-out doen, een ploeg bij elkaar brengen of jonge onervaren meiden de kleine kneepjes van het vak leren. Het spelletje leren, dat vind ik het leukst. We gaan dus gewoon nog door met wielrennen, wat moet ik anders.’’

Stille hoop

De Tour de France Femmes gaat op zaterdag 26 juli in Vannes van start. Nina Kessler heeft nog een stille hoop dat zij wordt geselecteerd voor de grootste vrouwenwedstrijd ter wereld. ‘’Ik zit niet in de eerste selectie. Maar je merkt na jaren van ervaring wel dat er richting einde seizoen door blessures of andere omstandigheden in elke ploeg wel te weinig rensters zijn om een team op de been te brengen. Dus ik blijf stiekem wel op hopen op een plaats in de Tour-ploeg.’’

Foto: © Sportfoto