Tekst: Roy Schriemer; Foto: Sportfoto

Teunissen denkt klaar te zijn voor zijn debuutjaar bij de profs. Vertrouwen dat gebaseerd is op de afgelopen jaren. “In de afgelopen jaren heb ik toch een aantal resultaten behaald die mij vertrouwen geven in mijn proftoekomst. Met mijn zege in Parijs-Roubaix voor beloften heb ik mijn mogelijkheden op dat terrein laten zien, een derde plek in La Boucle de la Mayenne en mijn vijfde stek in de Gilippe-etappe van de Ster ZLM Toer laten zien dat ik op bepaalde terreinen wat in mijn mars heb. In de vlakkere koersen met kasseien of in koersen met een heuveltje erin bijvoorbeeld. “

Mooie mix

 Waar hij voor het eerst start in het shirt van Lotto-Jumbo is onzeker. “ Het is afwachten waar ik mijn kans krijg om me te tonen, misschien wordt dat de Ronde van Drenthe wel. Het is in het begin van het seizoen dringen in de ploeg voor de grote koersen en ik moet mijn plaats nog afdwingen. Maar erg is dat niet.  Ik ben altijd een renner geweest die graag mee doet om te winnen en in koersen als Drenthe kan dat wellicht. Aan de andere kant is het belangrijk om in WorldTour-wedstrijden ervaring op te doen, dus ik hoop dat ik een mooie mix kan rijden.”

Veldrijden blijft

Mike Teunissen is voor het veldrijden niet helemaal verloren, hij was wereldkampioen bij de beloften in 2013 (Lousville). “Ik heb nu deze kans gekregen en daarom gaat de weg nu voor. Maar de combinatie met het veld hoop ik te kunnen blijven maken. Ik was ook van plan een paar crossen te rijden deze winter en had al met mijn oude coaches Richard Groenendaal en Nico van Hest op training in Alphen afgesproken dat ik voor een verrassing zou zorgen op het NK veldrijden van zondag in Veldhoven, maar daar komt het nu niet van. De winter hierna hoop ik er weer bij te zijn. Crossen is gewoon leuk, maar ik denk bovendien dat de inspanning ook goed en nuttig kan zijn met het oog op het wegseizoen.”

‘Van der Haar wint’

Hij zal het NK veldrijden nu van de zijlijn moeten volgen. Als je Teunissen vraagt wie volgens hem Nederlands kampioen wordt, zondag bij de elite hoeft hij niet na te denken. “Lars van der Haar. Ik denk dat Lars maar ook Mathieu van der Poel allebei heel sterk zijn en dat we een mooi duel krijgen, maar Lars zal denk ik net iets constanter zijn, waar Mathieu nog wel eens een mindere ronde zal hebben. Maar het zal een mooi NK worden, want ook David van de Poel en Corné van Kessel halen een hoog niveau.”  Hij zegt het niet alleen omdat Van der Haar altijd zijn ploegmaat was bij het Rabobank Development Team of omdat Mathieu hem vorig jaar als wereldkampioen bij de beloften steeds versloeg. “Ik denk dat Lars net iets gehaaider gaat zijn, maar ook ik zal moeten afwachten. Ik heb vorig jaar aan den lijve ondervonden hoe sterk Mathieu is. Ik droeg de regenboogtrui, maar hij en Wout van Aert waren vaak beter.” Hij heeft het vaker mee gemaakt dat hij moest opboksen tegen een sterke ploeg- of landgenoot. “Lars van der Haar natuurlijk in het veld en Dylan van Baarle op de weg. Ik ben misschien net iets minder een natuurtalent, maar ik heb mijn weg ook gevonden. Ik hoop de komende twee seizoenen alvast te laten zien dat ik in het profpeloton thuis hoor.”