De renner van SEG bleef Wessel Krul (WPGA) zeven seconden en Nils Sinschek (Sunweb) acht tellen voor.

Hoole was als junior in 2015 al Nederlands kampioen op de weg. "Ik had natuurlijk gehoopt op de titel. Ik weet dat ik een goede tijdrijder ben en dan is het heel mooi om Nederlands kampioen te worden. Dit is een titel die veel betekent voor me. In het begin liep het goed, maar achteraf ben ik wel iets te hard gestart. Toen viel ik even stil, maar op het laatste moment kon ik het doortrekken. Ik wist dat ik onderweg een goede tijd had neergezet, maar ik wist niet welke klassering ik toen had. Uiteindelijk zit het allemaal heel dicht bij elkaar, maar mijn voorsprong was genoeg om te winnen. Ik hoop dit jaar nog een aantal mooie tijdritten te laten zien. Hopelijk kan ik het EK in Alkmaar ook rijden, dat moet ook een doel zijn voor me."

En natuurlijk hoopt Hoole met zijn team op de wegwedstrijd de  winnende reeks van Fabio Jakobsen (2016 en 2017) en Julius van den Berg (2018) voort te zetten.  'SEG Racing heeft de afgelopen drie jaren gewonnen, die streak moeten we 'doorzetten'. Als we een goed plan maken zaterdag, dan maken we zeker kans om weer te winnen." 

Wessel Krul was aangenaam verrast. "Ik ben als eerstejaars zeker heel blij met dit resultaat. Ik hoopte wel op podium, maar met een plek bij de eerste vijf was ik ook blij geweest. Achteraf kan ik niet zeggen dat ik het ergens heb laten liggen, dus ik ben content. Onlangs reed ik een sterke tijdrit in Emmen, maar toen kreeg ik last van mijn maag. Ik wist dat ik in normalen doen daar beter had kunnen doen."

Nils Sinschek kon er ook mee leven dat hij brons had. "Ik heb de afgelopen periode maar twee keer op mijn tijdritfiets gezeten, ik denk dat de concurrentie daar meer tijd aan besteed heeft. We zijn heel dicht bij elkaar geëindigd, mooi dat ik de strijd nog zo spannend heb kunnen helpen maken."

Foto: © Sportfoto/Dick Soepenberg

1. Daan Hoole, 2. Wessel Krul 0.07, 3. Nils Sinschek 0.08, 4. Nils Eekhoff 0.37, 5. Huub Deelstra 0.42, 6. Danny van der Tuuk 0.55,  7. Timo de Jong 1.01, 8. Lorenzo Harbers 1.13, 9. Ide Schelling 1.14, 10. Dylan Bouwmans 1.15