Tekst: Roy Schriemer

22 jaar is ze en pas vorig jaar trok ze voluit de kaart van het wielrennen, nadat ze lang de sport combineerde met het schaatsen. “Ik was al lang lid van een toerclub en wilde eigenlijk al vroeg gaan fietsen in wedstrijdverband. Mijn ouders zagen dat niet zo zitten, omdat je voor het wielrennen het hele land door moet reizen. Ik ben niet hun enige kind immers. Maar bij de junior-vrouwen mocht ik dan toch gaan koersen. Ik ben begonnen bij Ahoy’, heb toen voor Restore gekoerst en voor afgelopen jaar werd ik gevraagd door Swabo. Ik moet zeggen dat ik lang dacht dat er niet veel meer voor me in zat dan klasseringen bij de eerste dertig, een echte hoogvlieger dacht ik niet te worden” schetst ze zelf het begin van haar wielerloopbaan.

Gerichtere aanpak

Toch rolde er in 2018 een dusdanig sterk jaar uit dat ze zichzelf in de kijker reed voor een plek in de Women’s WorldTour. “Het schaatsen ging iets minder goed en ik besloot de vorige winter wat eerder te stoppen op het ijs om me te richten op het begin van het wielerseizoen. Met Swabo-trainer Stefan van Klink ging ik ook gerichter trainen – ik had nog nooit in blokjes getraind bijvoorbeeld – en die combinatie bleek goed aan te slaan. Ik ontdekte mezelf ook steeds meer als renster die in het buitenland beter uit de verf komt, met name als het wat heuvelachtiger wordt.” Ze greep net naast de dagwinst in de Tour of Uppsala in Zweden en behaalde ook top 10-klasseringen in de Thüringen Rundfahrt en de Tour de Ardeche. “En toen kwam het aanbod van Parkhotel Valkenburg. Daar heb ik niet over getwijfeld. Ik deed de opleiding Flower Design en werkte daardoor veel in bloemenzaken, maar deed dat al steeds minder, nu richt ik me volledig op mijn sport.”

Kans gegrepen in Trofeo Binda

De afgelopen winter ging ze twee keer op trainingskamp met de ploeg en deed ze daar zelf nog een stage bij. Een investering die zich ook uitbetaalde getuige het feit dat ze in de goed bezette GP de Denain begon met een 25^e stek en vervolgens een hoofdrol opeiste in de Trofeo Binda. “We hadden als ploeg afgesproken dat we ons wel wilden tonen zondag. Loes Adegeest ging al vroeg in de wedstrijd een keer in de aanval, maar kreeg toen niet veel ruimte. Ik dacht eigenlijk al dat mijn kans niet echt meer ging komen, totdat het opeens helemaal stilviel in de finale. Toen heb ik niet getwijfeld. Ik sloeg eigenlijk direct een mooie kloof en begon al langzaam te hopen dat ik het tot op de top van de laatste klim kon volhouden. Daarna was het alleen afdalen en dan had ik misschien echt voor de zege kunnen gaan. Maar op de laatste strook van de beklimming liepen mijn benen aardig vol en op hetzelfde moment gingen de besten in koers ook vol in de aanval. Ik kon niet aanhaken bij de groep met Marianne Vos, maar wel bij de groep daarachter. Uiteindelijk sleep ik er – na mijn inspanning – nog een zeventiende plek uit. Daar ben ik uiteraard heel tevreden mee.”

Pieken naar Ardennen

Ze verbaasde zichzelf eigenlijk wel met haar optreden. “Mijn echte piek had ik pas gepland in de periode van de Amstel Gold Race, de Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik. Ik hoopte vooral in de Trofeo Binda een beetje vertrouwen te krijgen. Dat is wel gelukt. Wat heet, ik ga met nog hoog gespannener verwachtingen richting de Ardennenklassiekers toewerken nu. Mijn vriend werkt in Zwitserland en ik ben nu veel aan het trainen in de buurt van Zurich. Ik merkte in de Binda al dat het hielp om echt gewend te zijn aan het klimmen, hopelijk werkt dat in april ook goed.” Ze heeft nog twee vormpieken gepland staan. “Ik hoop dat ik met de ploeg in de Giro Rosa kan rijden en ook het najaar met een aantal etappekoersen – als de Tour of Norway en de Tour de Ardeche – zijn echt doelen voor mij. Ik ben meer op het tijdrijden gaan trainen en kan ook in de heuvels en bergen goed mee. Het zou mooi zijn als je dan ook wat korte klassementen kan rijden. Ik hoop mezelf te ontwikkelen en wil ook graag een koers winnen in 2019. Dat zou voor mij een mooie mijlpaal zijn. En verder wil ik toch ook genieten van mijn sport. Ik heb nu de kans om me volledig op het wielrennen te richten en ben pas voor het eerste jaar op dit niveau actief. Prestaties als in de Trofeo Binda moet je dan ook koesteren. In de verdere toekomst zou ik graag een vaste waarde zijn tussen de wereldtop. Die ambitie heb ik wel.”

Foto's: Parkhotel Valkenburg en @Sportfoto.nl